dinsdag 18 februari 2014

Maleisië - Borneo - Mabul en Sibuan eiland

De volgende dag kwamen we toe in Semporna, de uitvalsbasis naar verschillende goeie duiksites. Vandaaruit namen we diezelfde dag nog de boot naar het eiland Mabul waar we de volgende dag drie duiken zouden doen. Het eiland was een echt paradijs: helderblauw water, hutjes op stelten en heel veel zon. We boekten onze duiken bij duikschool Uncle Change. Hoewel niet altijd alles er even gestructureerd, (regelmatig een tekort aan materiaal èn duikinstructeurs) genoten we toch van onze duiken.
Onze eerste duik was op Mabul zelf. We zagen er onze eerste schildpad (en direct een grote joekel!) en tal van mooie vissen en heel kleurrijk koraal. Voor duik twee gingen we naar het eiland Kapalai, naar een plaats genaamd Mandarin Valley. Er was een onderwater dorp aangemaakt door de lokale mensen daar om de groei van het koraal te stimuleren. Rond het dorp zwommen ontelbaar veel scholen grote vissen in alle denkbare vormen en kleuren. In de namiddag gingen we opnieuw duiken op Mabul, op de duiksite Paradise 1, en het was ook echt een paradijs! Nog voor we effectief aan onze duik begonnen wees onze duikinstructeurs al naar omlaag waar op een gezonken bootje op de bodem 3 reusachtige schildpadden lagen. Toen we ons lieten afzakken naar de bodem werd het alleen maar beter, de gigantische schildpadden leken zich niet echt te storen aan ons (hoewel ze ons toch eens scheef bekeken) waardoor we tot op een halve meter bij de dieren konden komen om ze eens goed te bekijken, indrukwekkende beestjes toch. In totaal zagen we negen schildpadden, niet slecht toch?
Normaal gezien gingen we na onze duiken terug varen naar het vasteland. Uiteindelijk bleven we twee dagen langer dan gepland, het eiland had ons in haar greep! 's Avonds in de bar van de duikschool vertelde Oliver (een Oostenrijkse duikinstructeur die met ons meedook en zelf al meer dan 1000 duiken heeft gedaan) dat hij ooit eens gebeten was door zo'n reuzeschildpad, nadat hij er per ongeluk was tegen gezwommen, waar hij toch een lelijke open wonde aan over gehouden had. Gelukkig zagen de schildpadden van die dag snel genoeg in dat ze van ons een beet zouden terugkrijgen en hielden ze zich in.
Diezelfde avond nog verhuisden we naar de duikschool die Pat (de man van de kookcursus in KK) ons had aangeraden: Sea Horse. Het was er, zoals hij had gezegd, heel aangenaam. De duikschool lag een beetje afgelegen en het was er, doordat het een vrij nieuwe zaak is en nog niet zo bekend is, zeer rustig en relaxed. Er was een groot zonnedek aan het water en de mensen die er aanwezig waren, (vooral veel locals) bleken bijzonder vriendelijk en gastvrij, we mochten bijvoorbeeld meermaals van hun visschotel mee eten.
De volgende twee dagen spendeerden we aan uitslapen, snorkelen en het verkennen van het eiland. Het was een heel klein eiland met vooral veel oudere mensen en héél veel kinderen, die als voornaamste activiteit hadden: knikkeren, de hele dag door knikkeren. Er was dan ook niet bijster veel te beleven op het eiland.
Tijdens het snorkelen zagen we opnieuw veel schildpadden, meer dan we konden tellen op onze tien vingers (elf om precies te zijn), naast enorm veel andere coole visjes uiteraard, wat een paradijs!
Op dag drie was het tijd om het eiland te verlaten, traan, grotendeels omdat we zonder cash zaten. We waren, in al ons enthousiasme, vergeten extra geld af te halen op het vaste land waardoor we het eiland uiteindelijk verlieten met 20cent en da's (zelfs in Azië) niet echt een fortuin.


 

 

 
Uncle Chang Dive Centre

 
 
 



 
Sea Horse's zonnedek

 
Dag 1 snorkelen:
 




 
 
 
Zonsondergang bij Sea Horse
 
 
 
Viske drogen


 
Dag 2 snorkelen:
 




 






 

 
Ergens op deze foto zou een schildpadkopke te zien moeten zijn, veel plezier met de zoektocht!
 


              
Terug in Semporna boekten we onze duiken voor de volgende op Sibuan. Door de vele krabben en reuzegarnalen die we tijdens het snorkelen zagen, hadden we enorm veel zin gekregen om er een paar op ons bord geserveerd te krijgen met zoetzure saus, heerlijk!
De volgende dag brachten we door op het eiland Sibuan en ik weet, we hebben het al vaak gezegd maar dju toch, die eilanden kunnen schoon zijn... Het was een mini-eilandje, waar je in amper 20min kon omheen lopen. Het water was superhelder en het strand parelwit (sorry als het een beetje afgezaagd begint te worden ;-)). Ook de duiken waren indrukwekkend, we zagen er oa cuttlefish, lionfish, scorpionfish, frogfish,  Toby fish, pipefish, porcupinefish, crocodile fish, parrothfish, moray eels, triggerfish, bannerfish, Napoleon fish, leopard flounder, spade fish, stingray, puffer fish, verschillende soorten nudibranchs,...






 
Enkele visje die we zagen:
 
Lionfish:
 
 
Bannerfish:

 
Crocodile fish:

 
Cuttlefish:

 
Leopard Flounder:

 
Triggerfish:

 
Spadefish:

 
Blue Spotted Stingray:

 
Angle fish:
 
 
Frogfish:

 
Moray eel:

 
Nudibranchs:

 
Porcupine fish:

 
Toby fish:

 
 
Dan was het jammer genoeg tijd om Borneo te verlaten en door te vliegen naar Indonesië, ons laatste hoofdstuk in Azië.

zaterdag 15 februari 2014

Maleisië - Borneo - Sepilok


Na ons relatief lange verblijf in KK keken we enorm uit naar het duiken dat ons te wachten stond in Mabul. Op onze weg daarnaartoe hadden we wel nog een kleine stop gepland in Sepilok waar we het Orangutan Rehabilitation Centre en het Bornean Sun Bear Conservation Centre wouden bezoeken.

We begonnen bij het Orangutan Rehabilitation Centre waar we de eerste (van twee) voedermomenten bekeken waar de dieren gevoed worden met bananen en melk. In het centrum worden jonge wees-Orangutans opgevangen, momenteel zijn er ongeveer 25 wezen geplaats in het opvoedcentrum waar elk van hen via een soort van buddy system aan een ouder dier gekoppeld wordt om de opvoeding te bevorderen. Wanneer de Orangutans rijp genoeg zijn om het opvoedcentrum te verlaten en voor zichzelf te kunnen zorgen worden ze vrijgelaten in het reservaat (wat 43 vierkante km groot is). De eerste jaren na hun vrijlating blijven veel van de jonge dieren terugkomen naar de voederplatforms (in het wild blijven de jongen gemiddeld 8jaar bij de moeder waardoor een vrouwtje in haar hele leven dan ook maar maximaal 3 jongen ter wereld brengt wat er voor zorgt dat de reeds met uitsterven bedreigde diersoort alleen maar meer uitgedund wordt).
Na enkele jaren worden de meesten van hen niet meer gezien in de buurt van de platforms, zij leven dieper in het reservaat waar geen mensen komen. Er leven momenteel ongeveer 60-80 Orangutans in het reservaat.










Onder de middag sloot het Orangutan Centre en gingen we een kijkje nemen in het Bornean Sun Bear Conservation Centre. De Sun Bear is de kleinste berensoort en komt enkel in Zuid-Oost-Azië voor. Het is tevens ook een beschermde diersoort sinds 1997 die de laatste 35jaar met ongeveer 30% is afgenomen. Het centrum dat in 2008 geopend werd, maar nog maar sinds 19 februari open is voor bezoekers, biedt onderdak aan gewonde of slecht behandelde Sun Bears die er verzorgd worden tot ze sterk genoeg zijn om terug vrijgelaten te worden in de natuur.







 
Er waren ook nog enkele andere aapjes aanwezig in en rond het reservaat:



Na de middag gingen we nog even langs voor de tweede voederronde in het Orangutan Rehabilitation Centre om vervolgens door te reizen naar Semporna.