vrijdag 31 januari 2014

Maleisië - Langkawi en Cameron Highlands

Klaar om een nieuw landje te verkennen, Maleisië!
We merkten al heel snel dat Maleisië ons wel zou liggen, heel mooie natuur en de mensen zijn er enorm gastvrij en vriendelijk, ook als je niks van ze koopt. Het is ook een zeer modern land, in vergelijking met de meeste andere landen in Zuid-Oost-Azie, wat best wel een leuke afwisseling was. Onze recent verworven (en oooo zo schitterende) afdingtechnieken mochten we ook even opbergen aangezien er hier maar weinig valt af te dingen (ze gebruiken bijna overal vaste prijzen en die zijn al heel goedkoop).

Langkawi, een eiland vlakbij de Thaise grens, werd onze eerste bestemming. Het eiland telt enkele prachtige stranden en is volledig duty free, leuk meegenomen! Het was even zoeken naar een betaalbare kamer. We vonden uiteindelijk een guesthouse waar ze nog enkele bedden vrij hadden. We gingen nog wat drinken op een strand vlakbij en planden onze volgende dag.

 
 
 
De volgende dag stonden we op tijd op om te ontbijten en een brommertje te huren. Vreemd genoeg was iedereen in onze dorm al op, vroege vogels dachten we. Na het ontbijten gingen we naar de shop waar ze brommertjes verhuurden maar tot onze teleurstelling waren ze allemaal verhuurd. Goede zaakjes gedaan zo vroeg in de ochtend dachten we. We vonden na enige tijd zoeken toch nog een guesthouse waar ze ook enkele brommertjes hadden staan en begonnen aan onze rit rond het eiland. De uitbaatster van ons guesthouse had ons aangeraden  tot het einde van de grote baan, die bijna volledig rond het eiland lag, te rijden. Daar zou een bewaker staan waarbij je een papier moest ondertekenen waarop (de baan was eigendom van een resort) stond dat ze niet verantwoordelijk konden worden gesteld bij eventuele ongevallen. Daar voorbij zou een heel mooi strand liggen waar nauwlijks mensen komen. Wat ze zei bleek ook te kloppen, het was er zeer rustig en het strand was perfect. Het was ons bedoeling om daarvoor nog met een kabelbaan de hoogste berg van Langkawi op te gaan maar toen we daar toekwamen stond er rij Chinezen aan te schuiven die ons eindeloos leek. We zijn dan maar langs een waterval gereden waar je normaal zou moeten kunnen afglijden. Een probleem wel als er geen water is. Blijkbaar had het al enkele weken niet meer geregend op het eiland waardoor de normaal heel brede waterval nu was gedegradeerd tot een zielig waterstraaltje. Gelukkig is er meestal wel wat water te vinden in de zee zodat we 's middag wat konden afkoelen, want het was nodig! Na het middagje strand hadden we zin om nog eens naar het hoogste punt van het eiland te brommeren, Gunung Raya. Het uitzicht was er best mooi en het was er gezellig zitten met een biertje in de hand. Op weg naar daar kwamen we ook een Brillangoer tegen, een soort aapje met witte kringen rond de ogen en, leuk weetje, het beestje leeft van planten en bloemen en heeft net als koeien meerdere magen.

 
De Seven Wells waterval die er een beetje triestig bij lag. 
 
 
Tom zijn handdoek ziet er een beeeeeetje belachelijk uit tegenover die van Rein....  
 


Tanjung Rhu beach
 
 
aapje!
 
We gingen snel iets eten tegen de grote honger want we wouden eigenlijk op de avondmarkt iets eten. Toen we daarna wouden vertrekken merkten we dat onze brommer niet wou starten (misschien iets te lang gewacht om te tanken). We liepen dan maar terug naar ons guesthouse dat er gelukkig niet ver van lag. Nadat we ons gedoucht hadden liepen we terug langs de brommer en probeerden hem nog eens te starten, en ja hoor, deze keer startte hij terug. Er was iemand vergeten de pikkel omhoog te doen!! We reden verder naar de brommerverhuurder maar die was niet aanwezig. We gingen naar het kantoor aan de overkant om te vragen of ze wisten waar de verhuurder was. Blijkbaar was hij gaan bidden. We zaten daar een tijdje te wachten en praatten wat met een Egyptische man die sinds enkele weken (tijdelijk) in Maleisië woonde omdat hij de huidige mentaliteit in Egypte niet echt begreep. Na een kwartier besloten we met het brommertje nog naar een avondmarkt te rijden om er wat te eten. We vonden er lekker en zeer goedkoop eten en geraakten er aan de praat met een vrouw van rond de 65 jaar die, na enige tijd gepraat te hebben, een Nederlandse bleek te zijn. De vrouw was al 9 jaar aan het reizen zonder te weten wanneer ze terug zou keren, waarbij Langkawi al 6 jaar een beetje haar uitvalsbasis was. Haar volgende plan was om China door te fietsen. Het was een boeiend gesprek waarbij we de tijd een beetje uit het oog verloren. Hoogtijd om terug te keren. We namen afscheid en gingen terug naar de verhuurder die nog steeds niet terug was. Gelukkig waren er enkele vrienden van hem die het voor ons konden regelen. De volgende dag zouden we om 7u al opgehaald worden door een taxi die ons naar de haven zou brengen vanwaar we boot en bus zouden nemen naar de Cameron Highlands.

Toen we opstonden om half 7 stond onze taxi vreemd genoeg al klaar. De taxichauffeur leek nogal gehaast en zei dat we ons moesten haasten want de boot zou om half 8 al vertrekken, geen probleem toch, dachten we! Tot we in de taxi stapten en merkten dat het al 7.10u was. Blijkbaar is het in Maleisië een uurtje later dan in Thailand. Hmmmm, daarom stond iedereen zo vroeg op... Zo begon onze race tegen de klok samen met Page, een vriendelijke Australiër die ook in onze taxi zat en dezelfde eindbestemming had, die we uiteindelijk verloren. Toen we aankwamen aan de haven (een heel groot complex dat meer weghad van een luchthaven) zei de chauffeur dat we vlug onze baggage moesten pakken en hem volgen. Jammer genoeg had hij niet door dat er tussen dat te horen krijgen en effectief uitstappen, naar de koffer gaan en onze rugzakken pakken enige tijd zit en we dus geen idee hadden welke kant hij uitgelopen was, zeer vervelend. We begonnen dan maar op goed geluk het complex in te lopen en kwamen gelukkig al vrij snel aan bij onze gate, waar we tot onze grote ergernis niet door mochten zonder onze tickets. Ze stuurden ons terug naar de ingang waar we onze tickets moesten ophalen. Rein bleef bij de baggage terwijl wij naar de ingang spurtten om daar te horen te krijgen dat onze tickets al weg waren. Super, dachten we, onze eerste keer in 't zak gezet, en dan nog in Maleisië! Maar het was veel frustrerender dan dat. Onze taxichauffeur had blijkbaar de tickets al bij zich, en had er niet aan gedacht ons dat even te melden, en was ermee de pier opgelopen waardoor wij niet door mochten. Balen! Er zat niks anders op dan nieuwe tickets te kopen (gelukkig nog geen 5EUR). Enige gevaar: die boot zou om 10u aanmeren en onze bus vertrok rond 10u. We kwamen tot onze opluchting om 9.50u al toe aan de haven. Welliswaar om daar 20 min te staan wachten tot er een andere boot vertrok. Toen we eindelijk aanmeerden begon we als een gek te lopen richting het busstation dat ongeveer 5 min verder lag. Tot onze grote verbazing stond de bus gewoon op ons te wachten. Lang leve Maleisië! In tegenstelling tot Thailand, en de andere landen waar we tot dusver geweest waren (waar ze de bussen gewoon volsteken en vertrekken als het hen uitkomt), weten ze hier wel hoeveel mensen er mee moeten en wachten ze ook echt! Dju toch, het moderne leven kan plezant zijn!

We begonnen onze rit (in een zeer comfortabele bus) met het gevoel dat niks omze dag nog kon verpesten. Dus ook niet het feit dat we over de laatste 2km anderhalf uur gedaan hebben door een enorme file. Toen we aankwamen in het dorpje gingen we samen met Page en Matt, Joe en Tim, drie Britten die we onderweg nog hadden leren kennen, op zoek naar een guesthouse. Al vrij snel vonden we iets waar ze kamers beschikbaar hadden en waar we over gelezen hadden. Nadat we ingecheckt hadden gingen we iets eten, we waren allemaal uitgehongerd. Na het eten gingen de mannen nog iets drinken. Er was nog wat duty free alcohol over wat goed van pas kwam aangezien er niet echt cafe's waren. We spraken af om de dag erna, na een laat ontbijt, een beetje rond te trekken in de omliggende heuvels.

Na het ontbijt en nadat onze vier vrienden een ander hotel gevonden hadden (ze hadden niet zo goed geslapen met vier in een heel klein kamertje) begonnen we onze trip. Het werd een leuk en niet te zwaar tochtje. 's Avonds gingen we Indisch eten en dat bleek geen slechte keuze te zijn gezien het verdere verloop van de avond waarin we elkaar's drankspelletjes uitprobeerden. Er zaten enkele leuke bij maar het moet toch gezegd, pyramide was weer recht in de roos! 27 slokken waren er voor Matt teveel aan en nadat de rest ook onder tafel gedronken was, konden de Belgen ook rustig gaan slapen. 

We hadden de volgende ochtend om half 9 afgesproken aan het kruispunt dat tussen onze hostels lag maar na 5 min wachten leek het ons al duidelijk dat ze er niet in geslaagd waren op te staan. Gelukkig herinnerde ik mij nog dat Page de avond ervoor had gezegd dat we hen zeker moesten wakker maken als ze er zelf niet in slaagden. Toen we bij hun kamers kwamen bleken ze inderdaad nog in bed te liggen. Vooral Tim en Matt hadden het bijzonder lastig om op te staan, slappe Britten! Na een half uurtje konden we dan toch vertrekken. We namen de bus naar een ander dorp om vandaaruit naar het hoogste punt van de Cameron Highlands te stappen. Het werd een zware klim (op sommige stukken was het echt klimmen). Van onze katers waren we snel verlost en het uitzicht was wel echt de moeite waard.

 
 

De weg terug was een ander verhaal, 6km naar beneden op een gewone asfvaltweg. Gelukkig passeerde er na 1km een truck waarmee we een stuk mochten meerijden. We reden langs een theeplantage waar we de locale thee probeerden. Daarna reden we verder naar het dorp waar we gestart waren. De streek staat bekend om o.a. zijn aardbeien dus moesten we er wel wat kopen. Aangezien er niet echt een busstation te zien was probeerden we terug te liften. Vlotjeeeeees!
 
 
 
 
 
 
 
Om de avond af te sluiten gingen we nog wat kaarten met enkele pilsjes erbij en namen we afscheid. Page, Joe, Matt en Tim zouden de dag erna naar het nationaal park Taman Negara gaan terwijl wij naar Kuala Lumpur gingen. We moesten er enkele dagen later al onze vlucht naar Borneo halen.



Thailand - Koh Tarutao


Het Nationale Marinepark Koh Tarutao bevat 51 eilanden waarvan de meesten nog ongerept zijn en enkele van de mooiste stranden in Thailand . De drie bekendste eilanden zijn Koh Tarutao, Koh Lipe en Koh Adang. Wij kozen voor de eerste omdat deze toch de minst toeristische was. Bij onze eerste indruk van het eiland hadden we direct het gevoel dat we juist gekozen hadden. Het eiland gaf een echt parkgevoel en er waren weinig toeristen (vooral Thaise mensen die het park kwamen bezoeken). Er was de mogelijkheid om in een bungalow te overnachten of zelf een tentje opzetten vlakbij het strand. Wij moesten uiteraard niet lang nadenken, camperen maar!

Nadat we een goed plekje uitgekozen hadden en onze tent hadden opgezet gingen we snel eens naar de receptie om te zien hoe we onze middag nog konden opvullen. We kozen ervoor om naar één van de mooiste stranden van het eiland te mountainbiken, Ao Son. Het werden 16 zware kilometers aangezien er amper vlakke stukken tussen zaten. Op onze weg kwamen we verschillende apen tegen, een wild everzwijn en tal van kleurrijke vogels. Het strand was inderdaad prachtig. Wit zand, helder blauw water en geen mens te bespeuren. Na wat zwemmen en foto’s trekken gingen we terug. We wouden zeker terug zijn voor het donker want de wegen lagen er niet overal even goed bij. We hadden nog één stop gepland op 2km van ons tentje, een ander stukje paradijselijk strand ( Ao Jak) waar we met een biertje naar de zonsondergang keken. Dan reden we terug om ons wat op te frissen (iets wat echt wel nodig hadden) en daarna één van de lekkerste maaltijden van onze reis te eten: gegrilde vis met rijst en groenten en zoetzure saus. Het was niet de eerste keer dat we hier in Azië gegrilde vis aten maar deze was zo goed bereid, ik denk dat we geen grammetje vis overgelaten hebben (en de vis woog 1kg). We hebben goed geslapen die nacht.
 
Onze slaapplaats:
 

 

 
 
 
Naar Ao Son:
 

 
 

 

 

 
Ao Jak
 

 

De volgende ochtend was het zeer aangenaam wakker worden, tentje opendoen en voor ons enkel strand en zee zien, er zijn ergere manier om wakker te worden. We hadden de dag ervoor afgesproken met een Zwitsers en een Frans koppel om die dag, na de lunch,  een boot te nemen naar de beste plaats op het eiland ( Ao Rusi ) om te snorkelen. Na enige vertraging kwam de boot opdagen en bracht ons naar onze bestemming. Het water was er niet heel helder maar we zagen toch wat koraal en enkele vissen die we voordien nog niet waren tegengekomen. De bootbestuurder maakte er ook meteen gebruik van om een beetje te vissen. Nationaal park of niet, visjes vangen met hopen.
 
 
We waren net op tijd terug om naar het viewpoint te stappen ( Toe Boo cliff) dat uitzicht gaf over een groot deel van het eiland en er de zon te zien ondergaan. Op weg naar de top kwamen we nog een varane van ongeveer anderhalve meter tegen, dat was wel even schrikken, hoewel het beestje waarschijnlijk meer schrik had van ons dan wij van hem.  Na dik 10 min stonden we boven, juist gepast om de zon te zien onder gaan. Mooie afsluiter van ons verblijf op Koh Tarutao. De volgende ochtend namen we de boot naar het vaste land om vandaaruit de bus te pakken naar Maleisie.


 
 

 
 
 
 

 

donderdag 30 januari 2014

Thailand - Krabi


Onze laatste stop samen met Jasmien en Wannes, voordat zij terug naar het koude België vertrokken, was Krabi en de omliggende eilanden.

Toen we in Krabi aankwamen was het al vrij laat dus waren we heel blij dat we voor één keer wel accommodatie geboekt hadden. Na onze rugzakken afgezet te hebben gingen we snel nog wat Indisch eten om dan te gaan slapen na drie vermoeiende dagen in Khao Sok.

De volgende ochtend bekeken we eens onze opties en besloten dat Koh Phi Phi en Koh Lanta iets te toeristisch ging zijn in deze periode en namen na de middag bus en boot naar het Railay Island, één van de kleinere en rustigere eilanden. Hoewel lang niet alle stranden even mooi waren zaten er toch enkele pareltjes bij. Er was ook een viewpoint waar je naartoe kon stappen met een mooi uitzicht over het eiland. Toen we bij het begin van het pad kwamen werd ons direct duidelijk dat er niet veel gestapt zou worden. Het bleek een heuse klim te gaan worden, er waren zelfs touwen voorzien. We waren er nu toch, dan konden we ons net zo goed een beetje in het zweet werken, en zweten deden we! De klim op zich was eigenlijk het hoogtepunt van het viewpoint. Niet dat het uitzicht niet mooi was maar we hebben al betere uitzichten gehad (misschien zijn we op dat vlak al een beetje te verwend geweest).



 

We botsten op het eiland ook nog op enkele apen die heel gewillig de rol van fotomodel op zich namen. Ze waren duidelijk gewend aan de vele toeristen die er dagelijks passeren. Eén van de aapjes had ook niet de minste moeite een flesje water, dat hij wellicht van een toerist had afgepakt, leeg te drinken op een zeer menselijke manier. Heel fascinerend om te zien. Nadat we het eiland verkend hadden was het tijd om wat te genieten van strand, zee en zon.
 
 
 

 



 

 
 

’s Avonds was het tijd om (voor de verandering) een beetje te ontspannen. Hoe beter dan door naar een avondmarktje te gaan, ons volproppen met sushi, rijst, noedels en gefrituurde hapjes, enkele towers bier te drinken en voetbal te kijken?

De volgende middag hebben we nog wat rondgesloft in het centrum en om vier uur was het tijd om afscheid te nemen van Jasmien en Wannes. L Triestig moment toch wel! Zij namen de bus richting Bangkok, wij de volgende ochtend bus en boot naar onze laatste stop in Thailand: het Nationale Marinepark Koh Tarutao. Zo bleven we met ons tweetjes achter, zeer raar gevoel na zo lang met drie/vier gereisd te hebben!

woensdag 29 januari 2014

Thailand - Khao Sok


Nadat onze oudejaarsavondnacht verteerd was besloten we door te reizen naar Thailand. Onze eerste bestemming, alvorens naar het zuiden te gaan, was het eiland Koh Chang. Geen rekening gehouden met het hoogseizoen, woepsie, dus accommodatie vinden op dit eiland was geen pretje en onze zoektocht van ruim een uur bracht ons drie mogelijkheden: of een veel te dure kamer, of slapen in een ruimte die voor een kamer moest doorgaan maar door het ontbreken van een plafond in het midden van de dansvloer leek te staan (en waar iets te veel ladyboys aanwezig waren naar ons zin), of met twee in een tentje slapen aan de ingang van een guesthouse en met twee in de internetkamer. We zijn voor optie 3 gegaan en dat bleek heel goed mee te vallen, het was alleen een grappig zicht...
We trakteerden onszelf op een massage aan het strand. Zaaaaaaalig. Alleen Tom vond het een ware marteling. Nadien namen we onze brommers om een pintje te gaan drinken bij de zonsondergang. 


 
 
We besloten niet te lang op het volgeboekte eiland te blijven en vertrokken richting Khao Sok, een nationaal park in het zuiden van Thailand.

We waren bij aankomst onmiddellijk onder de indruk van de mooie natuur en de rust die heerste in het dorp. We besloten een dagje te chillen voor we effectief het park ingingen en planden onze volgende dagen. We wouden zelf op verkenning gaan in het park en kozen ervoor naar één van de verste watervallen te wandelen, een 7km lange route waarbij we nog enkele andere watervallen passeerden. Het pad was toch net iets zwaarder en gladder dan we hadden verwacht en het was (zoals vaak hier in Azië) weer heel warm waardoor de watervallen zeer welkom waren. Jaja, dry season in Thailand, maar onder onze oksels leek wel regenseizoen te zijn! Het werd een plezante dag en een goede voorbereiding op wat nog moest komen, al bleken de volgende dagen toch wat minder zwaar te zijn.




 
Kletsnat van het zweet kwamen we toe bij de Ton Kloi waterval, doel bereikt! Snel het water in voor afkoeling.




 
Than Sawan waterval
 
 

 
Haai spelen

 

 
 
 


 
Bang Hua Raet waterval
 
 
 

De volgende dag begon met een lekker ontbijt bij het dametje waarbij we onze 2-daagse tour naar het Cheow Lan lake geboekt hadden. Daarna werden we opgehaald door een pick-up om vervolgens 500m verder afgezet te worden en opgepikt te worden door een andere auto waarmee we, na enkele km mee meegereden te hebben, een klapband kregen en terug door de pick-up, waar mensen inzaten die dezelfde tour als ons gingen doen, opgehaald te worden en aan de haven afgezet te worden, toch weer een mooi stukje typische absurde logica van de Aziaten. Maar goed, we waren al zo ver.

Dan nog de boottocht overleven naar onze hutjes waar we zouden overnachten. We hadden heel veel moeite ons droog te houden op de longtailboot aangezien er een soort race was ontstaan tussen verschillende van deze bootjes. Achteraf vertelde onze gids ons dat het soms gebeurt dat de hutjes iets te gretig beloofd werden aan mensen die de tour boeken met als gevolg dat er soms onvoldoende slaapplaats is en het voor sommige mensen een één-dagsuitstapje wordt (met een gedeeltelijke terugbetaling weliswaar, maar het blijft toch een koude douche). Gelukkig voor ons waren er genoeg hutjes in het paradijs, want dat was het wel. De hutjes lagen in een baai die omringd werd met bergen en dreven letterlijk op het water. In het water lag een reusachtige boomstronk waar we met de grootste moeite probeerden op recht te blijven staan en het water was echt perfect van temperatuur, het paradijs dus. Na wat gezwommen en gegeten te hebben was het tijd om te vertrekken richting de Nam Talu river-cave, de grot waar in 2007 nog negen mensen omkwamen bij een vloed die de grot in enkele minuten volledig overspoelde, dit was echter in het regenseizoen en tijdens die periode doen ze tegenwoordig geen volledige grottochten meer. De grot was heel indrukwekkend en gigantisch. Het was er ook pikdonker, zonder zaklamp zag je geen steek. Er waren een aantal stukken in de grot waarbij het water tot net onder onze kin stond, maar we waren gewaarschuwd en onze waardevolle spullen had de gids in zijn dryback gestopt. Het was een heel leuke ervaring. Dankzij onze zaklampen konden we toch nog iets zien van de vele vleermuizen die in de grot aanwezig waren. We kregen ook enkele grote spinnen te zien.

Na het bezoek aan de grot was het tijd om nog wat te gaan ontspannen in onze baai. Na het avondeten (dat echt fantastisch was) stond er nog een nachttrekking op het programma, nu ja, het was eigenlijk gewoon vanuit het bootje met de grote lamp naar de jungle kijken in de hoop één van de vele dieren die ’s nachts leven te zien. Het was een beetje een teleurstellend boottochtje dat toch nog een beetje goedgemaakt werd doordat we de great hornbill te zien kregen.              

Na nog een biertje gedronken te hebben was het tijd om te gaan slapen aangezien we de volgende ochtend datzelfde boottochtje nog eens gingen overdoen voor het ontbijt, om half 7! We konden er ook voor kiezen om een uurtje langer te slapen maar nu we hier toch waren wouden er wel het maximale uit halen. Opnieuw kregen we de great hornbill te zien en met wat verbeelding zagen we hier en daar ook een aap slingeren. Dan was het tijd voor ontbijt, wij blij!

Rugzak gepakt en klaar om te vertrekken naar onze tweede grot, eentje met heel veel vleermuizen ( waardoor we het er maar enkele minuten volhielden omwille van de stank), grote spinnen en zelfs een slapende slang. Deze grot was gelukkig wel volledig droog aangezien hij vrij hoog gelegen was, opnieuw steil naar boven dus. Hij was ook wat kleiner zodat we tegen de lunch al terug bij de boot waren en op tijd konden terugkeren naar de haven. Jammer genoeg wel net te laat om de regenbui te ontwijken.

We namen afscheid van onze zeer aangename gids (die wel wat weg had van Jack Sparrow) en namen de bus naar Krabi.

Met de longtailboot naar de hutjes

 
 
 
 
 
 
 
 
 


Naar de Nam Talu cave. Zowel in de grot als onderweg mocht je geen schrik hebben voor natte voetjes...







Ochtend - boottochtje





 



 
 
Op naar de tweede grot, ' up up the mountain' zoals de gids dat zo mooi zei. Daarvoor moesten we eerst nog een eindje met de boot, wat we niet zo erg vonden met zo n schoon uitzicht. ( sorry voor de overload aan foto s maar ik kon niet kiezen, t was daar zooooo schoon)
 




 
 
De gids